Thursday 15 August 2013

Laatste Week

M'n laatste week in Uganda is aangebroken, na 6 weken in Buyongo te hebben geleefd zijn we gisteravond in een gezin in Kampala aangekomen. Het afscheid viel me zwaar. Tranen zijn gelaten, van vreugde en verdriet. Het was lang niet altijd even makkelijk om in een zo andere omgeving te leven en geconfronteerd te worden met de armoede waarin de mensen leven, maar ik ben erg gezegend met de mensen die ik heb mogen ontmoeten. De laatste dagen verbleef ik in een gezin dat in zo'n typisch afrikaans rond leemhuisje woont. Het is een heerlijk gezin met ook kinderen van mijn leeftijd. Niemand spreekt er goed engels, maar toch ging communicatie best erg prima. Het komt hier niet vaak voor dat een gezin beide ouders nog heeft, dat er niemand aan de alcohol is en dat het gezin geheerst wordt voor liefde voor elkaar en anderen. Dat maakte het zo heerlijk om deel uit te maken van dat gezin. Steve, de vader doet me erg denken aan papa. Een kalme, hardwerkende en liefdevolle man. Z'n zoon, Francis, heeft me een uitgebreide tour gegeven over z'n land, alle mooie uitkijkpunten op de rotsen laten zien. We hebben heel wat geklautert en rondgesprongen. Heerlijk was dat. De omgeving is hier echt prachtig en ik zou willen dat ik het even met je zou kunnen delen.
Het is een treurig gevoel nu ik al die mensen achter heb gelaten in Buyongo maar misschien zullen we elkaar ooit nog zien als God dat als plan heeft.

De komende week ben ik in Kampala met Michael en Benjamin, een nieuwe vrijwilliger en fijne gast uit Amerika, de dagen staan in teken van dag zeggen tegen families die ons gehost hebben of mensen die ik ontmoet heb. Over een week ben ik weer thuis in Ede, wat ook wel een opluchting met zich meebrengt, maar het zal ook wel pittig zijn dit land voor nu definitief te verlaten.

Saturday 27 July 2013

Buyongo.


Sinds 3 weken verblijf ik in een klein bergdorpje genaamd Buyongo. De meeste dagen van de week werk ik op een kleine school, de Pioneer Orphanage Primary School. Op de school geef ik wat les in engels en wiskunde maar we proberen ook het hele systeem van de school te verbeteren want er valt veel te verbeteren. Af en toe maken we ook een bezoek aan scholen in de omgeving om te praten over vrede en geweldloosheid. Dit is hard nodig want veel kinderen komen al vroeg in aanraking met geweld, hetzij in hun huis, of op een andere manier.

Ik wil jullie nu vooral vertellen over een meneer. Master Musumba. Directeur van de school, pastoor van de plaatselijke kerk, en metselaar. Hij is de man die 7 jaar geleden de school opgezet heeft om scholing te geven aan wezen die geen geld hebben om naar een public governmental school te gaan. Deze scholen zijn weliswaar gratis, maar er moeten wel kosten gemaakt worden als schoolkleding, schriften en potloden. Dit geld hebben veel mensen niet en daarom gingen veel kinderen niet naar school. Musumba wilde deze kinderen wel de mogelijkheid geven om scholing te krijgen dus heeft hij in z'n eentje de hele school gebouwd en gefinancieerd. Het is geen rijke man, hijzelf en z'n gezin lopen rond in vodden, en ze komen maar net rond met het eten. Maar de man is rijk aan visie. Zelf heeft hij op vroege leeftijd al z'n beide ouders verloren en toen hij 13 was kwam ook z'n enige broer om in de oorlog. Deze broer betaalde tot die tijd z'n schoolgeld maar toen z'n broer omkwam was er niemand die hem kon helpen met geld. Hij kon vanaf z'n 13de dus niet meer naar school en is wat dat betreft een ongeleerde man.
Zijn motivatie om zoveel op te offeren om deze school te beginnen ligt in z'n eigen jeugd. Hij wil kids die onder dezelfde omstandigheden opgroeien als waarin hij is opgegroeid, toch de mogelijkheid geven om naar school te gaan. Musumba is een ontzettend inspirerende man en ik 
ervaar het als een zegen om hem ontmoet te hebben.

Sunday 7 July 2013

Zondag

Vanmorgen ben ik met Rita, een meid bij wie ik dit weekend verblijf in Hoima, naar de kerk gegaan. Het was een Born Again Church, wat denk ik te vergelijken is met de Pinkstergemeente in Nederland. Ik ben door m'n huidskleur een opvallende verschijning hier op straat, maar ik werd echt erg hartelijk ontvangen in de kerk.
Wat ik bijzonder vind is de enorme blijdschap waarmee mensen hun geloof hier uiten. Mensen zijn dankbaar voor het weinige wat ze hebben. Ik sprak mensen die geen geld hebben om hun kinderen naar school te sturen, en een vrouw die geen eten had voor de volgende dag, en een jongen die geen ouders meer heeft. Toch zijn ze God oprecht dankbaar voor de dingen die ze wel hebben en bidden ze God om te zorgen voor de mensen die nog minder hebben, of die nog minder gezegend zijn.
Van deze vreugde in eenvoud kunnen wij nog wel eens wat leren.

Friday 5 July 2013

Foto update

Zojuist aangekomen in Hoima, een stadje in noord oost Uganda. Na een busreis van 4 uur in een overvolle bus, met een slapend jongetje tegen me aan zijn we veilig aangekomen. Onderweg had de bus nog een klapband gehad 10 meter van de plek waar er diezelfde ochtend 2 jonge mannen omgekomen waren door een auto ongeluk, het wrak lag nog in de goot.
Ik vind het heel bijzonder om hier te zijn. Als ik zeg dat ik zou genieten zou ik niet eerlijk zijn want ik vind het ook wel best lastig om hier te zijn. Vooral om de dingen die ik hier zie en hoor met elkaar in verband te zien. Vooral veel armoede zie ik hier om me heen.
De afgelope 3 dagen sliep ik in het Catholic Worker House in Kasengejje, een klein plaatsje. Er wonen daar iets van 7 mensen. 2 mannen die constant bedronken zijn, een vrouw, wat kinderen die soms wel een vader of moeder delen, en soms niet. Dat is triest om te zien maar het zijn super lieve mensen en ze zijn goed voor mij. Het was heerlijk om zo een paar daagjes lekker uit te rusten, en mee te helpen met het huishouden. Het koken voor de lunch kost zo'n 4 uur wat het is erg arbeidsintensief en het eten moet vaak lang op het vuur. Alleen bruine bonen moeten al 6 uur pruttelen.
Ik mij in wat voor'n bizarre cultuurkloof ik terecht ben gekomen toen een meisje, Betty, mij vroeg hoe lang ik moest lopen naar de wc in Nederland, in Kasengejje was het dichtsbijzijnde gat iets van 8 minuten lopen.
Ik weet verder niet goed wat ik wil schrijven want ik heb niet echt de rust op het internet nu, maar ik zal wat foto's uploaden die gemaakt zijn toen ik m'n camera aan Betty gaf.




Tuesday 2 July 2013

Eerste dagen

Lieve vrienden en familie,

dit is m'n eerste berichtje vanuit Uganda, en waarschijnlijk ook m'n laatste in de komende weken. Ik heb erg weinig toegang tot electriciteit, douchen gaat met een emmer stinkend water uit een pomp over je hoofd.
De eerste nacht sliep ik in een kamertje van iemand in wat ze een ghetto noemen. Het was wel veilig want ik sliep niet alleen op de kamer en de deur zat op slot, maar ik voelde me niet echt heel veilig. De nacht heeft zowel voor als nadelen. Voordeel is dat ik als blanke minder opval in de duisternis, maar donker hier is ook echt donker en dat ben ik niet echt gewend.
De eerste dagen ben ik in Kampala gebleven en ik slaap bij Linda, een lieve meid van 26 jaar en zij leert mij veel over het leven hier. Hoe ik mij als vrouw het best kan gedragen, wat ik vooral niet moet doen, wat vooral wel, hoe je je vrouwelijk hygiene op peil houd als de omstandigheden erg karig zijn etc.
Wat opvallend is hier in Uganda is de ontzettend grote mate van persoonlijk geloof van de mensen. Op straat hoor je overal gospel music en het winkeltje waar ik nu op het internet zit wordt gerund door een moslim vrouw, maar een cd van Hillsong schalt door de luidspreker. Op mijn vraag waarom ze dit op heeft staan antwoordde ze dat ze het hele mooie muziek vind, maar straks als de Ramadan begint zal ze iets anders opzetten. Ook geloven mensen hier erg veel in Witchcraft. Ik ben al gewaarschuwd dat als ik ongesteld ben dat ik dan de pithole/gat in de grond heel netjes achter moet laten omdat slechte mensen mij anders kunnen beheksen door bloed te gebruiken. Whatever.
Ik moet wel erg wennen om hier te zijn. Als blanke krijg je veel aandacht op je af en daar weet ik me nog niet echt een houding in te vinden. Mensen kijken, roepen en ik zou me hiet liefst willen verschuilen achter een mooi zwart gezicht zodat ik niet opval. Ook de omstandigheden waarin men leeft is bizar simpel. Ik heb nog geen normaal werkende wc gezien, behalve in het winkelcentrum waarin ik nu zit, dus daar ga ik zo lekker gebruik van maken:) So far heb ik nog helemaal geen last gehad van last van m'n buik of misselijkheid. Het eten lijkt best veel op wat we in Nederland ook eten. Aardappel, rijst, een soort tortilla's.
Ik heb me eerlijk gezegt wel al een paar keer afgevraagd waar ik aan begonnen ben en waarom ik niet lekker aan de franse kust had kunnen liggen chillen, maar ik kijk ook wel weer erg veel uit naar de komende weken die gaan komen, dat ik me ergens kan settelen en m'n tas kan uitpakken en een eigen plekje kan cree"eren.
Het zou fijn zijn als je af en toe zou kunnen bidden voor mij voor dat ik geestelijk en lichamelijk me goed blijf voelen. De mensen die ik ontmoet zijn geweldig maar de omstandigheden waarin mensen leven zijn bar.
Liefs, Mirjam

Sunday 23 June 2013

Wat ga je daar doen dan?

Die vraag krijg ik de laatste tijd vaak te horen en om eerlijk te zijn week ik het ook niet precies. Ik weet dat ik 8 weken met Michael optrek, de oprichter van Catholic Worker Movement Uganda. We beginnen met een week in Wakiso waar een deel van de gemeenschap permanent woont. Vanuit daar maken we ons ook klaar om op reis te gaan langs verschillende scholen en tehuizen om 'peace talks' te geven aan de kids.
Ik kijk er echt super naar uit en ik hoop ook een boel te leren.
Of ik veel toegang heb tot internet weet ik niet maar ik hoop je op deze manier wel een beetje op de hoogte te houden van mijn avonturen.

Dit is wat de Catholic Worker Uganda schrijft over haar activiteiten en visie op het werk:

The Uganda Catholic Worker Community is a catholic Christian ministry of  women and men who offer to be of service to the helpless, poor, destitute children in Uganda. It is Africa's first Catholic Worker Community and works in service of the helpless and the poor. Members of the Uganda catholic Worker come from many different backgrounds. Some were homeless, some poor. Others were rich or privileged. We are Black, white, young and old. Our ministry services include among others: REACH OUT, VOLUNTARY POVERTY, PEACEFULL PROTEST AGANIST WAR & VIOLENCE, CLOTHES COLLECTION, PRISON MINISTRY ETC. All these and more are aimed at being of service to the poor and helpless people. Our prison Ministry is at the moment only active in Wakiso District and include visitation and advocacy with prisoners, especially those innocently accused and those on death row.

In all our work, we are called to practice hospitality and friendliness. We are not here to simply provide services, but to share God's love, mercy and compassion with our oppressed brothers and sisters. The following excerpt may be helpful in understanding hospitable service:

     “This is the ideal of hospitality: being sister to sister, brother to brother, children to the same Parent. Not scientific social work-hospitality. Not haughty superior dealing with ‘problem cases’-hospitality. Not condescending judge dealing with errant accused-hospitality. No, hospitality is derived from the Latin word for ‘guest.’ It expresses a relationship between equal people: host and guest. It is bound by the rules of courtesy and human companionship, and ruled by the law of charity.
     There are always men and women who need hospitality, for one reason or another. There are, in an imperfect world of imperfect men and women, always those who need a calling back to life, a restoration of personality. There are always those lonely people, in all times, in all places, who need the knowledge of being respected as men and women, of living with other men and women with dignity, of sharing their own burdens with others and bearing some of the burdens for others.
     Hospitality reminds people that they are sisters and brothers, children of God, dependent on others and capable of being depended on by others.
     It is not a specialized work, requiring scientific training. It is something for everyone to practice according to the measure they are able to do so.
     The charm of hospitality, because it is peculiarly human, appeals to all people…It is not surprising that often God should use the hospitality people give each other as an instrument of God's grace.”
John Cogley, The Catholic Worker, October 1947